Een voorbeeld van een 'kippen en konijnen'-probleem:
- "Er zitten zebra's en flamingo's in een hok. Samen hebben ze 22 koppen en 76 poten. Hoeveel zebra's en flamingo's zijn er?"
Dat kan je oplossen op de volgende manier: 22 beesten hebben in ieder geval 44 poten. Van de 76 poten houd je er dan nog 32 over. Daarmee kan je 16 zebra's uitrusten. Er zijn dus 16 zebra's en 6 flamingo's.
Maar je zou natuurlijk ook een stelsel van vergelijkingen kunnen opstellen en dat 's fijn oplossen. Noem het aantal zebra's 'z' en het aantal flamingo's 'f'. Er geldt:
f+z=22
2f+4z=76
Vermenigvuldig de eerste vergelijking met '2':
2f+2z=44
2f+4z=76
Trek de eerste vergelijking van de tweede vergelijking af:
2z=32
z=16
Er zijn 16 zebra's en 6 flamingo's.
Twee verschillende oplossingen van hetzelfde probleem? Of is het eigenlijk gewoon hetzelfde? Wie het weet mag het zeggen...:-)