woensdag 17 oktober 2012

Gelijkvormigheid

Op mijn 'oude schooltje' gaf ik veel klassikaal les. Je weet wel, de leerlingen in rijen van twee, huiswerk bespreken, beurten geven en werken in tweetallen,... Ergens in de tweede of derde klas ontstond op een bepaald moment de afspraak dat als je een beurt kreeg en je zat niet op te letten dat je dan maar 'gelijkvormigheid' moest zeggen. Meestal was dat wel goed...:-)

Die 'grap' hielden leerlingen soms vol tot in de examenklas. Zelfs bij wiskunde A waren er nog steeds leerlingen die 'gelijkvormigheid' riepen als ik ze iets vroeg. Handig was het wel omdat je dan meteen weet dat iemand niet op zit te letten en dan kan je snel verder met de rest.

Vandaag wilde ik in een keuzeuur een leerling uit 5V wiskunde B helpen met een opgave over 'bewijzen'. Driehoekje met een hoogtelijn, bewijs dat... Ik kwam er even niet op, maar met de uitwerkingen erbij kwamen we er al snel achter dat het met 'gelijkvormigheid' moest. Dat zat er in, natuurlijk.:-)



Dat is nog opmerkelijker als je bedenkt dat de rest van de leerlingen in het keuzeuur, vrijwel allemaal uit de derde klas, bezig waren met 'gelijkvormigheid', dus we hadden het toch wel kunnen weten. Go with the flow:-)