zondag 8 november 2015

Telprobleem



Op twee lijnen die parallel aan elkaar lopen, zijn acht blauwe punten aangegeven (A t/m H). Zie plaatje hierboven. Met telkens drie van deze punten kun je een driehoek maken, bijvoorbeeld de driehoek ABF of EGF.

Je kunt op deze manier verschillende driehoeken maken met steeds drie blauwe punten als hoekpunt.
(Alle punten worden meerdere keren gebruikt.)
  • Hoeveel driehoeken kan je op deze manier maken?
Antwoord 

\(
5 \cdot \left( {\begin{array}{*{20}c}
   3  \\
   2  \\
\end{array}} \right) + 3 \cdot \left( {\begin{array}{*{20}c}
   5  \\
   2  \\
\end{array}} \right) = 45
\)

Alternatieve notatie

\(
\left( {\begin{array}{*{20}c}
   5  \\
   1  \\
\end{array}} \right) \cdot \left( {\begin{array}{*{20}c}
   3  \\
   2  \\
\end{array}} \right) + \left( {\begin{array}{*{20}c}
   5  \\
   2  \\
\end{array}} \right) \cdot \left( {\begin{array}{*{20}c}
   3  \\
   1  \\
\end{array}} \right) = 45
\)